Tien jaar later, het is intussen zomer 2022, ga ik opnieuw fietsen in India. Deze keer in Ladakh, een beroemde streek in het West-Tibetaanse en Boeddhistische noorden van India. De cultuur, de taal, de kunst en de architectuur in Ladakh zijn alle voornamelijk Tibetaans. Heersers in Ladakh waren, totdat het in 1834 de onafhankelijkheid verloor, afstammelingen van de Tibetaanse Koninklijke familie. Eeuwenlang was Ladakh een belangrijke regio voor de handel tussen dit deel van India en Tibet maar mede dankzij de afgelegen ligging is het heel lang verborgen gebleven voor buitenlanders. Pas in 1974 is Ladakh door de Indiase regering geopend voor toeristen. De bevolking is tegenwoordig vooral een mix van Tibetaanse en Indiase afkomst. De naam Ladakh stamt uit het Tibetaans en betekent ‘land van bergpassen’. Voor ons fietsers is dit een van de beste plekken om de voorlopers van de Himalaya te beleven. Denk hierbij aan zandwegen op ongekend grote hoogte, afgelegen kloosters, yaks en lokale boeren die hier proberen te overleven. De hoofdstad Leh, onze startplaats, ligt in de vallei van de rivier de Indus en tóch op 3.600 meter hoogte. Leh is daarmee een van de hoogste steden op aarde en een schitterende uitvalsbasis voor onze fietstocht door deze streek. We acclimatiseren er enkele dagen en gaan vervolgens op pad. Tijdens de weken die volgen bepalen prachtige bergen, de soms met sneeuw bedekte pieken, hier en daar een groene oase van terrasvormige velden, pittoreske dorpjes en oude kloosters het dagelijkse beeld. We fietsen door het hoogst gelegen en dunst bevolkte deel van India waar slechts 250.000 mensen wonen. Het is hier vaak erg koud en de regenval is maar gering omdat het gebergte van de Himalaya de regen tijdens de regenperiode in India tegenhoudt. We slapen onderweg overwegend bij de mensen thuis die veelal nog leven in heel primitieve omstandigheden. Als we van de ene naar de andere vallei fietsen moeten we telkens een hoge pas over. Daaronder de 5.359 meter hoge Khardung La pas, volgens de Indiase overheid de hoogst begaanbare (zand-)weg ter wereld. We rijden ook door de prachtige natuur in de Nubra vallei. De mensen hier zijn moslim en meer Pakistaans dan Indiërs; zij leven nog volgens de tradities van eeuwen geleden. Het landschap in de vallei bestaat uit mooie zandduinen, kloosters en imposante granietbergen. Je treft hier ook kamelen aan. Heel bijzonder zijn tijdens onze tocht de bloemen die hier groeien en bloeien tot ver boven de 5.000 meter.
Tijdens mijn lezing wil ik u door middel van foto’s en verhalen een goede indruk geven van deze geheel verschillende culturen en werelden die ik tijdens mijn twee reizen door India bezocht heb.